top of page
lifeontopofthedisco

The Gambia

Bijgewerkt op: 28 jun 2019

Het duurde een aantal dagen maar inmiddels is Maarten weer helemaal opgeknapt. Deze dagen hebben we gebruikt om te zwemmen, website bijwerken, bellen met thuis en veel niksen. Gelukkig konden we uiteindelijk weer verder en besloten we rustig aan te vertrekken richting Fadiout, wat maar 65 kilometer rijden was.


Faiouth is een eiland waar het grootste gedeelte van de Senegalese Christenen woont, het eiland telt 8000 inwoners. Voor het eerst sinds tijden zien we dus ook weer varkens lopen! Het eiland is alleen te bereiken met een loopbrug en uiteraard vragen ze daar entree voor, €5,00. Of we wel een gids mee wilden... Daar hadden we niet heel erg zin in, vooral omdat we het al genoeg vonden om €5,00 entree te betalen. Bleek dat de gids inbegrepen zat in de prijs, doe dán maar een gids mee. Een leuke man die enthousiast kon vertellen en uiteraard veel van het eiland wist. Zijn broer had hier een souvenir winkel, zijn nicht had hier een kunstwinkel, bij zijn tante konden we wat eten en ga zo maar door. Eigenlijk liepen we dus voornamelijk langs alle toeristische winkeltjes, tegenvaller! Uiteraard zei hij aan het eind nog even dat het ons vrij stond om een fooi te geven, zo vrijwillig voelt dat toch niet meer dan...

Die avond stonden we bij een hotel op de parkeerplaats waar we mochten camperen. We hadden net het water opgezet voor de rijst toen er twee Senegalesen die in het restaurant zaten een praatje met Maart aanknoopten, of we even een wijntje kwamen drinken. Dat wijntje werden nog een paar wijntjes en een bordje eten. In ons allerbeste Frans hebben we een goed gesprek gehad met deze mannen. Na het eten werd er voor ons betaald en stapten zij op. Even keken we elkaar aan, zo hadden we het nog niet mee gemaakt.

Rustig aan zijn we de mangroves omgereden en in Toubakoeta aangekomen. Dat moet natuurlijk wel echt de moeite waard zijn om even met een boottochtje te gaan. Even overleggen, het was toch wel vrij prijzig om 3 uur op een boot te gaan maar we besluiten het toch te doen. We gaan met een bootje het water op en het is inderdaad fantastisch, we leren alles over hoe de mangroves zijn ontstaan, welke dieren er leven en dat we de vruchten van de Baobab boom kunnen eten. Tenminste, we hopen dat we het allemaal goed begrepen hebben in het Frans. Vanaf de boot lopen we uiteraard weer langs alle kunstwinkeltjes en moeten we overal even de souvenirs bekijken, we hoeven natuurlijk echt niks te kopen (wat we ook zeker niet doen).

We hebben overwogen om hiervandaan door te rijden naar het oosten van Senegal, na contact met medereizigers besluiten we het niet te doen. De omgeving is het afzien van 47 graden volgens hen niet waard. Op naar Gambia dus! Gambia is corrupt, dat wisten we van te voren. We hadden ons niet heel goed ingelezen over de grensovergang maar hadden al besloten dat we nergens voor gingen betalen. Aan de kant van Senegal begrepen ze natuurlijk al niet zoveel van ons passavant en moesten we daarvoor even twee keer naar achter mee komen. Of we even wilden betalen, maar ons Frans was ineens niet goed genoeg om dat te begrijpen. In het Engels kwam er ineens een heel ander verhaal en konden we gewoon door. Toen we weer in de auto stapten moesten we 10 man rond onze auto wegsturen die allemaal iets wilden, geld, snoepjes, drinken, eten, wisselen, simkaart verkopen, mango verkopen. Snel naar het Gambiaanse gedeelte.

Uiteraard moesten we hier ook weer een passavant voor onze auto krijgen. Of we even €7,50 wilden betalen. Aangezien wij hadden besloten ons niet te laten oplichten hebben we dat dus ook niet gedaan. Maart in gesprek, uitleggen dat we in Nederland overal een bonnetje voor nodig hebben om de belastingaangifte te doen (zo werkt dat toch?) en dat we echt niet zonder konden betalen. Daar snapten ze maar niks van. De man waar we mee in gesprek waren had er op een gegeven moment geen zin meer in en ging rustig aan zijn spelletje Candy Crush. Maart is inmiddels weggelopen en ik ben met twee andere mannen aan de praat, nogmaals Maart zijn hele verhaal uitgelegd en die begrepen het wat beter. Na wat heen en weer gedoe kregen we het blaadje in ons hand gedrukt en moesten we maar snel naar het volgende hokje. Gelukt! Daar werden de stempels gezet waarna hij ook weer om geld vroeg. Wij begonnen te lachen dat we echt niet hetzelfde gezeur wilden als we in het vorige hokje hadden en het echt begrepen en het absoluut niet erg vonden om te betalen maar dat we toch echt een bonnetje nodig hadden. Uiteraard was dat ook hier weer niet mogelijk. Ik kreeg een waarschuwing van hem dat ik de volgende keer echt moet zeggen dat we niet gaan betalen voordat hij de stempel zet en toen mochten we door voor de volgende stempel, waar ze niet eens geld voor wilden hebben!

Wel werd nog even onze auto ondersteboven getrokken, Maart heeft heel netjes een aantal lades open getrokken; “kijk een pan, kijk de koelbox, kijk een jas, etc”. De kist met medicijnen hebben we dicht gelaten, daar schijnen ze nogal moeilijk op te zijn. Helaas vroeg híj er uiteindelijk toch naar en besloot ik te zeggen dat we alleen malaria pillen hadden, de twee stripjes uit het dashboardkastje. Daar kwamen we weer goed weg.


Toen reden we Gambia in, zonder te betalen! Vonden we dat we dat wel even goed gedaan hadden. Op de camping van Mr. B vroegen we hem even hoe dat precies werkt, bleek dat we voor het passavant wel degelijk hadden moeten betalen. Nu is het ons wel duidelijk waarom ze zo boos op ons waren.

Mr. B. heeft een soort camping en die deed ook vele tours in de omgeving, lichtelijk onder invloed van alle “Bob Marley's” die hij rookte. Het leek ons wel leuk om naar Paradise Island te gaan en ondanks dat het toch weer een duur toertje was gunden we Mr. B. ook wel wat. Het eiland stelde helemaal niks voor, we gingen naar een restaurantje aan het strand en daar konden we de dag door brengen.... Daarna nog even langs een veld met wietplanten, wat natuurlijk helemaal geweldig was volgens Mr. B. en daarna weer terug. Onderweg moesten wij wel even de entree van het park, het bootje, het drinken en de tips betalen. We waren er helemaal klaar mee. Weer veel te veel geld betaald voor een toertje waar we vervolgens gewoon afgezet werden. Mr. B. vond het allemaal een fantastische dag maar wij hadden er eigenlijk de pest in.

Na een rondje om de Gambia River besloten we te wildkamperen aan de rivier. Volgens Ioverlander moet er een fantastische plek zijn en die gaan wij vinden. Nadat we een stukje door een bos rijden komen we in een dorpje waar een man heel erg boos tegen ons staat te schreeuwen. Een beetje geschrokken mist maart de laaghangende tak en rijden we dus een boom stuk. Snel door rijden want die boze man rent achter ons aan, gevolgd door een groep kinderen. Het bos wordt daarna alleen maar smaller en dichter bebost, we hebben inmiddels de nodige krassen en al veel takken van de grond gehaald. Het wordt alleen maar erger en uiteindelijk besluiten we dat we toch om gaan keren. Weer door dat dorp heen dus, we werden al zenuwachtig bij het idee. Meteen kwamen er allemaal mensen op ons af, ik gaf niet de goede aanwijzing, Maart reed verkeerd en ineens zitten we ergens aan vast. De elektriciteitsdraden van het dorp hangen aan onze auto........ Ik vind dat we uit moeten stappen en het moeten maken, Maart ziet vooral nog meer boze mensen op ons af komen en besluit door te rijden. Een klein beetje slecht voelen we ons wel dat er nu een dorp geen licht heeft die avond maar we zijn ook erg blij dat we het dorp uit zijn gekomen zonder steen door de ramen.

Verderop ligt een lodge waar we op de parkeerplaats kunnen camperen maar we vinden het te duur. We proberen nog te onderhandelen maar het meisje is heel stellig, dit is de prijs. Dus Maarten overlegd met een inwoner van het dorp en we kunnen ook prima voor de lodge overnachten, hij zit daar de hele avond dus het is ook wel gewoon veilig. Na uitgebreid gekletst te hebben en het hele dorp leren kennen besluiten we even een biertje te drinken in de lodge en daar ook even iets te eten. Veel te toeristisch en we zitten ons op te vreten aan de groep Duitse vakantiegangers maar goed. De eigenaar van de lodge komt bij binnenkomst naar ons toe om te vragen waarom we niet op zijn parkeerplaats slapen, het is daar voor echt niet veilig natuurlijk. Maarten geeft aan dat we moesten kiezen tussen slapen op de parkeerplaats of eten in het restaurant. Even voor jullie informatie, onze eigen kookkunsten zijn echt verschrikkelijk dus de meeste avonden is het niet te vreten en we hebben dus enorme behoefte aan een bord goed eten. De eigenaar doet een gezellig praatje met ons tijdens het eten en geeft ons nog wat aardappelsalade van het buffet van de Duitsers (zien we er echt zo hongerig uit?!). Bij het afrekenen vraagt hij of we echt daar voor de deur willen slapen dus wij geven aan dat we dat inderdaad van plan zijn. Dat kon hij niet over zijn hart verkrijgen en aangezien we toch uitgebreid gegeten hadden in het restaurant mochten we wel voor niks op zijn parkeerplaats overnachten, zo lief! Niks fijners natuurlijk dan wakker worden van de groep Duitsers die om 08.00 uur weer in de auto geladen worden maar dat hadden we er wel voor over.


We hadden van Thomas, die we eerder hebben ontmoet, de coördinaten van een heel mooi plekje aan het strand gekregen. We staan hier onder een een hele grote boom op het strand naast een lokale beachclub. Er komen hier af en toe wat mensen aanwaaien maar het is erg rustig. 's morgens worden we wakker met de koeien om ons heen. We voetballen hier wat met de kinderen van de eigenaar en ik kan al bijna wat trucjes! We staan hier voor niks dus eten we elke dag een maaltijd bij de beachclub en kletsen we met de eigenaar. Mocht je ooit naar Gambia gaan is dit echt een geweldige plek om even tot rust te komen, mocht je de naam en locatie willen weten neem dat hier contact met ons op.

Na drie dagen genieten van de prachtige omgeving op het strand vinden we het wel weer tijd om door te gaan, terug naar Senegal!


300 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven

Comments


bottom of page