top of page
  • lifeontopofthedisco

Het grote boek van Sinterklaas

Bijgewerkt op: 28 jun. 2019

Onze laatste blog is alweer van even geleden en we hebben dus veel leesvoer voor jullie!

Vanaf Gambia namen we een kleine grensovergang naar Senegal. Enkele checkpoints waar al onze gegevens met de hand in een boek werden geschreven maar we konden nergens een stempel krijgen. Aangezien ze zo vaak ons paspoort en passavant willen checken wilden we die wel graag gestempeld hebben. Dat kon, moesten we even naar de volgende grensovergang rijden om daar de stempels te krijgen. Daar snapten ze er natuurlijk niks van dat we een entree stempel voor Senegal wilden terwijl we vanuit Senegal kwamen. Nadat ze weer al onze gegevens in het boek hebben geschreven kregen we de stempels en konden we lekker door.

We hebben ondertussen al langere tijd contact met een stel uit Engeland en zij blijken naar Cap Skirring te gaan. Omdat het ons wel leuk lijkt om wat andere reizigers te ontmoeten besluiten we even door te rijden daarheen, dan kunnen we op de terugweg rustig de omgeving bekijken. Cap Skirring heeft een prachtig strand en we besluiten een rondje over het strand te gaan rijden, dit blijft toch een heerlijk gevoel! Ondertussen houden we onze ogen open voor een mooi plekje om te kunnen slapen maar eigenlijk staat er overal veel wind. Op het moment dat we besluiten onze mega handige app Ioverlander (als je ooit waar dan ook ter wereld op reis gaat, super handig!) te raadplegen om te kijken waar de wildkampeerplek is zien we op de kaart dat we al in Guinee Bissau zijn. Oeps, blijkbaar loopt er een grens over het strand. We maken even snel een foto, toch bewijs dat we er geweest zijn, en rijden weer terug. Terwijl we nog een stukje over het strand rijden komen we een aantal mannen tegen die over het hele strand aan een touw staan te trekken. Omdat we er zo niet langs kunnen besluiten we te helpen. Het touw is enorm, er komt geen eind aan, al snel zijn wij kapot maar we zijn nog lang niet klaar. Toch blijven we helpen want we zijn eigenlijk mega nieuwsgierig naar wat ze nou aan het doen zijn, Uiteindelijk blijkt het een heel groot visnet te zijn en staat er aan de andere kant van het strand nog zo'n groep mannen keihard te werken, Ze halen behoorlijk wat vis binnen maar zelf vinden ze het maar een magere vangst. Desondanks zijn ze erg blij met onze hulp en bieden ze ons wat vis aan. In eerste instantie bedanken we daarvoor, we houden allebei tenslotte niet echt van vis. Dan bedenken we ons, verser dan dit ga je het niet krijgen en misschien moeten we het gewoon proberen, we vinden vast iemand die het voor ons kan bereiden!

We vertrekken met twee vissen en vinden een strandtent waar we naast mogen staan, hier kunnen we een beetje uit de wind staan en even lekker een biertje drinken. De gasten van de strandtent zijn super vriendelijk en we hebben het heel erg gezellig. Onze vrienden uit Engeland komen even langs voor een biertje en we besluiten met hen mee te gaan naar hun hotel om daar de vis klaar te maken. Wat is het fijn als er even voor ons gekookt wordt! De vis smaakt super, dat kunnen we best vaker doen. De volgende dag worden we wakker op het strand, blijkt dat het vloed is geworden en de zee inmiddels zo hoog staat dat we helemaal niet over het strand kunnen rijden..... Wachten dus maar tot het rond 14.00 weer eb wordt.

Vanaf Cap Skirring rijden we naar Oussouye en vinden een camping met wasmachine!!!!! Wat een luxe is dat! Helaas is er op dat moment geen elektriciteit omdat er een boom omgevallen is in het dorp. Dwars door de elektriciteitsdraden die het dorp van stroom voorzien. De volgende dag hebben ze het weer gemaakt en doen we al onze was. Voor het eerst in bijna twee maanden kunnen we ons beddengoed wassen. Uiteindelijk is er toch niks fijners dan een schoon bed.

Inmiddels begrijpen we dat het regenseizoen toch wel aardig in aantocht is en we besluiten het zuidelijke gedeelte van Senegal vrij snel door te gaan, hopelijk kunnen we dan nog wat andere landen zien zonder al te veel regen. We rijden een heel stuk en besluiten om te kijken of we bij een dorpje kunnen slapen. We vinden een heel klein dorpje en er is een man die ons verteld dat we bij de rivier kunnen slapen als we willen maar we mogen ook in het dorp slapen. We nemen een kijkje bij de rivier maar dit voelt toch niet helemaal veilig. Terug naar het dorp dus. Hier worden we enorm warm onthaald. In het dorp staan misschien 15 huisjes, we parkeren achter een van de huisjes en worden gelijk uitgenodigd om erbij te komen zitten. In ons beste Frans hebben we een gezellig gesprek wanneer wij besluiten te gaan koken. We zien wat kinderen voorbij komen, zij lopen naar een boom, trekken er een paar mango's uit en komen die ons brengen, prima toetje! Als we weer naar het gezin lopen waar we eerder bij zaten blijken zij nog te eten. Ze nodigen ons uit om ook wat te proeven. Ik wil bijna uit de grote schaal iets te eten halen wanneer Maart mij nog weet te vertellen dat ik bij de vrouwen moet gaan zitten. Oeps. Gelukkig vergeven ze mij deze fout en duiken ze snel ergens een lepel op omdat ze blijkbaar weten dat westerse mensen normaal niet met hun handen eten. We zitten nog de hele avond met deze familie, waarbij we soms toch wel een beetje vreemd opkijken. De kleinste kinderen worden soms bij de ene vrouw aan de borst gehangen maar even later zien we hetzelfde kind bij een andere vrouw drinken. Oma van het gezin heeft het blijkbaar warm en vindt alleen een rok genoeg om te dragen. De kinderen vallen buiten in slaap en worden aan het eind van de avond naar hun bed gehesen. Maart leert alles over het dorp, ik leer de oudere kinderen Engels. Aan het eind van de avond krijgen we een emmer water waar we ons even mee kunnen wassen, wat heerlijk is na een hele dag +40 graden. Ondanks dat dit gezin eigenlijk heel weinig voorzieningen heeft zijn ze zo vrolijk en welkom, daar kunnen wij nog heel wat van leren!

De volgende dag nemen we uitgebreid afscheid en beginnen we om 08.00 aan de lange rit naar Guinee. We hebben geen idee wat we van Guinee moeten verwachten en dus willen we graag rondom Labé slapen die avond, daar lijken wat plekken te zijn om te overnachten. Dit is echter ongeveer 400 kilometer rijden en dan moeten we ook nog een grens over. We hopen maar dat de grensovergang niet teveel tijd kost. Gelukkig valt deze grens alles mee. De verschillende posten zijn behoorlijk wat kilometers uit elkaar maar we weten ze allemaal te vinden. Ze zijn allemaal vrij overzichtelijk maar ze kosten wel aardig wat tijd. Onze gegevens worden weer keurig overgeschreven, we laten onze paspoorten in en uit stempelen, we wisselen wat geld en dan komen we aan bij het passavant van Guinee. Bij bijna alle grenzen ga ik naar binnen met onze papieren en zo ook hier. Het is in dit kantoor echter zó warm en die man doet zó verschrikkelijk traag dat ik er een beetje onwel van word. Ik besluit naar buiten te gaan en stuur Maarten naar binnen. De man vindt dat we oplichters zijn omdat we voor drie maanden een visum hebben voor Guinee en Maart moet dus even flink aan de bak om uit te leggen dat wij dat ook niet kunnen helpen. Na een half uur krijgen we gelukkig een passavant voor 30 dagen voor Guinee en kunnen we verder!

Guinee, wat een prachtige natuur! Zo mooi hebben we het nog niet gezien, we wanen ons een beetje in het oerwoud. De hoofdweg is niet helemaal af en ongeveer 30 kilometer rijden we off road. Het regent heel zachtjes en de kleuren zijn prachtig. Het uitzicht is geweldig en we genieten van deze prachtige natuur. We wilden graag naar de watervallen maar besluiten in Labé te overnachten omdat we pas rond 20.00 daar aankomen en het inmiddels toch alweer donker is. We vinden het niet prettig om in het donker in een stad aan te komen, alles ziet er dan toch minder gezellig uit, hoewel dat vaak meer een gevoel is. We slapen op de parkeerplaats van een hotel en ontmoeten daar twee Amerikanen. Zij werken voor Peace Corp als vrijwilligers in Guinee en Senegal. Een van de twee, Nick, moet maandag (het is zaterdag) naar Conakry en aangezien wij wel wat meer nuttige informatie over Guinee willen besluiten we dat wij hem daarheen zullen brengen.

Zondagochtend rijden we dus naar de Saala falls, we nemen een veel te smal bospad en we hebben weer wat nieuwe herinneringen op onze auto. Het uitkijkpunt is wel mooi en we zouden hier wel kunnen slapen maar we besluiten toch naar de verlaten lodge te rijden iets verderop, zodat we ook even kunnen zwemmen in de watervallen. Bij de lodge vinden we een rasta man, hij laat ons de hele waterval zien en we klimmen een heel stuk naar beneden. Daarna verlaat hij ons om zijn was te doen in de waterval en wij nemen een duik in het heerlijke water. We besluiten niet te lang te blijven omdat er toch wel erg dreigende wolken boven ons hangen en inderdaad, als we terug zijn bij de auto maken we kennis met het regenseizoen in Afrika. Drie uur lang valt er heel erg veel regen, wij kijken een film in een van de verlaten huisjes tot het droog wordt. Daarna koken we onder een afdakje en drinken nog een biertje. Toch voelt een verlaten lodge een beetje eng, we horen overal vogels en apen, zien alle soorten insecten voorbij komen en worden aardig lek geprikt. Vroeg naar bed dus!

De volgende ochtend halen we Nick op die erg blij is dat hij met ons mee mag rijden, hij had anders een taxi moeten pakken. In een taxi kunnen in Afrika zeker 9 mensen mee, vier voorin en 5 achter in, dat de bestuurder dan een stoel moet delen en niet meer bij de versnellingspook kan lijkt niemand iets te deren. De route naar Conakry is wederom een erg lange dag. De wegen in Guinee zijn slecht, overal zijn gaten in de weg en je kunt dus niet al te snel rijden. Daarnaast hebben we natuurlijk de nodige politiecheckpoints. We worden weer eens “randomly selected”. Volgens de regels draagt Maart netjes schoenen in plaats van slippers, hebben we twee veiligheidsdriehoeken, een ehbo kit, een brandblusser en alle benodigde documenten. Blijkbaar had de agent hier niet op gerekend en hij vraagt om iets op te blazen. Eerst denk ik nog dat hij het over een alcoholtest heeft. Ik zeg hem dat we die hebben maar ergens onder een van de kisten. Dan blijkt dat dat niet is wat hij wil, hij heeft het over een fluitje........ Kosten voor de boete €0,50. Nick zegt dat we het beter gewoon kunnen betalen aangezien het toch bijna niks is maar ik vind het echt belachelijk. Een FLUITJE?! De agent zegt dat we onze documenten dan niet terug krijgen en loopt weg. Ik loop achter hem aan en zeg dat hij nu idioot doet, ik niet ga betalen en wil nu mijn documenten terug. Nick komt achter mij aan en wisselt in de lokale taal wat woorden, dan krijg ik mijn documenten terug en kunnen we weer gaan. Terwijl we terug lopen naar de auto geeft Nick toe een beetje onder de indruk te zijn hoe ik met de agenten praat onderweg.

Twee uur voor de eindbestemming horen we ineens geluid en we weten meteen dat het niet goed is. We stoppen de auto en de wielkast hangt op de band, een kapotte luchtbalg. Gelukkig hebben we een reserve mee, Maarten geeft Nick een spoedcursus luchtbalg vervangen, voor je weet het maar nooit. Na drie kwartier zweten kunnen we weer verder en we komen toch alsnog in het donker aan in Dubreka, waar Nick moet zijn. Hij vraagt de bewakers of er een mogelijkheid is dat wij op het terrein kamperen en dat mag wel als we even kopietjes van onze paspoorten hebben. We mogen mee eten met de vrijwilligers en horen graag al hun verhalen aan. De volgende dag genieten we nog even uitgebreid van het ontbijt om vervolgens op zoek te gaan naar een hotel in de buurt. Dan blijkt dat we eigenlijk echt niet hadden mogen overnachten op dit terrein en of we er direct willen vertrekken. Best logisch dus we vertrekken snel. In de buurt vinden we geen hotel en we besluiten dan toch Conakry maar in te rijden om daar te overnachten.

Conakry is weer eens een echte Afrikaanse grote stad. Het verkeer is verschrikkelijk, alles is te duur voor wat je krijgt en overal langs de weg staan mensen te bedelen of proberen je zakjes met cashewnoten te verkopen. We gaan naar de ambassade van Sierra Leone maar omdat het inmiddels al tegen 17.00 loopt weten we dat we vandaag niet meer de aanvraag in kunnen dienen. We besluiten er wel even heen te gaan om op papier te hebben wat we allemaal nodig hebben zodat we de volgende dag de aanvraag in een keer compleet kunnen indienen. Na een kletspraatje en het opschrijven van benodigde papieren, wat we eigenlijk allemaal min of meer in orde hebben, vraagt Maart toch nog even brutaal of die man niet nu al wat voor ons kan doen. Wel ja, natuurlijk is dit mogelijk, dan moeten we alleen wel cash betalen in plaats van het geld storten op de bank. Wij vinden het prima, vullen snel de formulieren in, zoeken onze documenten bij elkaar en een half uur later vertrekken we. Over ongeveer een uur kunnen we het ophalen! In de tussentijd vinden we een hotel waar we op de parkeerplaats mogen overnachten en gaan even eten in een restaurantje in de buurt. Daarna eten we dankzij Rosanna nog even een heel lekker ijsje en dan keren we terug naar de ambassade. Ons visum en de papieren voor de auto liggen netjes klaar en we gaan terug naar het hotel. Daar vindt iemand toch ineens dat we er niet mogen slapen in onze eigen tent. We moeten een kamer nemen. Het gaat er echter zo verhit aan toe en de mensen zijn zo onredelijk dat we om 21.00 besluiten ergens anders te gaan overnachten. We pakken onze spullen weer in en vertrekken naar een ander goedkoop hotel. Uiteraard verre van comfortabel en we slapen veel liever in onze eigen bed maar het is even niet anders. De volgende dag rijden we naar de ambassade van Ghana maar een visum voor Ghana duurt 3 werkdagen, waar nog een weekend tussen zit dus dan zouden we die pas op maandag op kunnen halen terwijl het nu woensdag is. We hebben dus echt geen zin om zo lang in die vreselijke stad rond te hangen dus we vertrekken naar Sierra Leone!

Wéér een grensovergang. Elk kamertje wat je in loopt zit een mannetje onderuitgezakt achter een bureau, als je mazzel hebt heeft hij een ventilator. Op de bureau's staan geen laptops maar liggen grote boeken een pen en een stempel. Ze schrijven weer 10x zorgvuldig onze gegevens over in wat wij inmiddels het grote boek van Sinterklaas noemen. We vragen ons af wat ze ooit met deze gegevens gaan doen want het ziet er allemaal zo ongeorganiseerd uit dat het mij stug lijkt dat ze ooit gegevens terug kunnen vinden. Ik maak weer wat ruzie over bedragen die ik niet wil betalen. Wanneer ik in het Interpol kantoor zit moet ik een “mandatory donation” betalen om een stempel te krijgen op onze passavant. Ik mag zelf bepalen hoeveel het is maar het moet natuurlijk wel genoeg zijn want anders gaat hij niet stempelen. Als ik vraag waarom dat is, we hebben tenslotte al €30,00 voor het passavant betaald, geeft hij aan dat het kantoor ook schoon gemaakt moet worden en ze nieuwe pennen nodig hebben, daar kan ik best even wat aan bijdragen. Ik ben wel klaar met al die donaties die ze van ons willen en besluit rustig Maart even te smsen dat het wat langer duurt en als ik mijn potje Candy Crush open beseft de beste man dat ik het meen. Ik krijg de stempel en we vertrekken snel. Bij de eerste militaire check komt er een man naar ons toe dat we echt een bepaald papiertje nodig hebben wat €10,00 kost, dat kunnen we bij hem komen uiteraard. Hij wil me niet laten gaan als ik zeg dat ik het niet nodig vind. Ik ga even navragen bij de militairen en inderdaad, dit papier is niet verplicht voor Sierra Leone.

Het is tijd voor vakantie! We kijken al een tijdje uit naar Sierra Leone, het land moet prachtig zijn en de mensen vriendelijk. Eigenlijk hebben wij vooral het meest zin in de stranden en daar zitten we nu dan ook al ruim een week. We hebben een prachtig strandje gevonden, de auto in het zand geparkeerd en worden elke dag wakker met de zee aan onze voeten. Er is een surfclub dus kunnen lekker biertjes drinken en af en toe wagen we een poging op een surfplank. Inmiddels zijn hier een aantal andere overlanders aangekomen, waaronder Timmy en Didy. Een Belgisch stel waar we al ruim voor vertrek contact mee hadden. Erg leuk om elkaar te ontmoeten en elkaars verhalen te horen! Samen met Jim (Nederlander) en Leon en Ruth (Engels) vieren we de verjaardag van Timmy in een heerlijk restaurant en genieten we wederom van vis! Met iets minder succes laat Maarten nog even zijn haar afscheren door Leon.

In Freetown bezoeken we nog even een kliniek, toch altijd spannend om naar de dokter te moeten in een ander land. Ik blijk een blaasontsteking te hebben en Maart heeft een lokale schimmel op z'n voet opgelopen. Gelukkig zijn we bij een kliniek van Artsen zonder Grenzen en worden we door de stafdokter geholpen. We krijgen medicijnen en na een paar dagen voelen we ons allebei weer helemaal gezond!

Na een week op het strand heb ik pas tijd (zin) gevonden om een blog te schrijven. Dit heeft deels te maken met ons vakantie gevoel maar ook met een aantal dingen waar we tegen aan lopen, hierover meer in de volgende blog!


156 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven
bottom of page